Vorige week las je dat Aron en Lily ein-de-lijk hun date hadden gepland. Maar helaas, zo ver is het nu nog niet, dus lees je vandaag meer over Eva. Zij maakt zich al een tijdje zorgen over de gezondheid van Stan. Vandaag lees je of dat terecht is…
Ben morgen niet op school.
Eva bleef staren naar het bericht dat Stan had gestuurd, ze wachtte op een vervolg, maar er kwam niets. Uiteindelijk begon ze zelf maar te typen.
Waarom niet?
Het duurde even voordat Stan online kwam en toen stond er heel lang Aan het typen… Het liefst zou ze de woorden uit het schermpje trekken, maar zolang ze hiernaar bleef kijken ging het niet sneller. Ze opende haar wiskundeboek en had een hele som gemaakt toen haar telefoon trilde.
Huisarts.
Dat was alles wat het berichtje zei. Enerzijds voelde Eva zich geïrriteerd, had hij daarom zo lang moeten typen? Aan de andere kant: Eindelijk, eindelijk ging Stan naar de dokter toe. Maar … waarom bleef hij de hele dag weg van school? Dat was toch ook niet nodig?
Ze besloot om geen berichtje te typen, maar hem gewoon op te bellen, dat ging vast sneller. Het duurde een hele tijd voordat hij opnam. Eva wilde het bijna opgeven.
‘Hoi Eef,’ zei hij.
‘Moet je morgen de hele dag naar de dokter?’
‘Nee. Maar … eh … m’n moeder dacht dat het goed was om sowieso een dag thuis te blijven, omdat ik steeds zo moe ben. Dat wilde ik naar je typen, maar het werd een heel lang en warrig verhaal. En ik dacht er zelf niet aan om je te bellen.’
‘O, oké. Nu snap ik het waarom er steeds aan het typen… stond. Maar succes dan lieverd.’
‘Dankjewel.’
‘Ik zal de hele dag aan je denken. Hoe laat moet je naar de dokter?’
‘Half acht. Ik moet nuchter komen, dus hoe vroeger hoe beter.’
‘Inderdaad. Waarom moet je nuchter komen?’
‘Dan kunnen ze op m’n bloedsuiker prikken, om diabetes uit te sluiten.’
‘Aha.’ Eva aarzelde nog even, maar besloot toen het maar gewoon te zeggen. ‘Ik ben blij dat je eindelijk naar de dokter gaat, Stan.’
Ze hoorde zacht gegrinnik en ze kon hem precies voor zich zien. Op zijn gezicht was die scheve grijns te
zien en hij ging met een hand door z’n haar. In z’n ogen blonken pretlichtjes.
‘Ik had geen keus. M’n moeder heeft een afspraak gemaakt.’
‘Bedank je moeder maar van me.’
Weer grinnikte Stan. ‘Hé, ik ben best wel beroerd, dus ik ga vroeg slapen. Succes morgen op school.’
‘Dank je wel. Zal ik morgenmiddag nog langskomen?’
‘Misschien. Ik app je wel hoe ik me dan voel.’
Met een glimlach hing ze de telefoon op. Het was fijn dat Stan eindelijk open en eerlijk was tegen haar. Nog niet eerder had hij toegegeven dat hij zich beroerd voelde, zelfs toen hij flauw was gevallen op school zei hij dat het kwam omdat hij slecht had geslapen, overal had hij wel een excuus voor. Het leek dat nu hij eindelijk naar de dokter ging, ook eindelijk toe durfde te geven dat er iets aan de hand was.
‘Groeneveld komt eraan,’ waarschuwde Norah. Met bonkend hart stopte Eva haar telefoon weg en boog zich over haar Engelse boek. Toen hun docent Engels was langsgelopen pakte ze haar telefoon weer. Stan had geappt, maar ze had het berichtje nog steeds niet kunnen lezen.
Naar het ziekenhuis nu. Bloedsuiker was alarmerend hoog. Misschien heb ik wel diabetes. Het bericht werd afgesloten met een emoji die zijn mond wijd open had gesperd.
Diabetes. Maar dat kregen toch alleen dikke mensen? Misschien wist Norah het wel.
‘Noor,’ fluisterde ze. ‘Stan heeft misschien diabetes. Weet jij hoe dat kan?’
‘Hoe bedoel je?’ Norah keek geschrokken.
‘Hij is bij de huisarts geweest, z’n bloedsuiker was veel te hoog. Maar ik dacht dat je het alleen kon krijgen als je dik was.’
Norah schudde haar hoofd. ‘Je hebt type 1 en type 2. Type 2 heeft alles met leefstijl te maken, type 1 kan op elke leeftijd openbaar komen.’
‘Hoe weet jij dat allemaal?’
‘Ik let op bij bio,’ grinnikte Norah. ‘En Ethans zus heeft het ook.’
Eva knikte ten teken dat ze het begreep. ‘Is het heel erg?’
‘Het heeft veel impact op je leven. Je moet constant je suikerspiegel in de gaten houden en insuline spuiten. Ethans zus heeft het afgelopen jaar een pomp gekregen, die regelt het veel beter allemaal.’
Dat klonk niet heel erg positief.
‘Norah en Eva, wordt daar nog gewerkt?’ Groeneveld keek streng in hun richting. Eva kromp in elkaar en stortte zich weer op haar schoolwerk. Ondertussen bleven haar gedachten maar malen. Wat als Stan echt diabetes had? Het had veel impact op je leven, zei Norah … alsof Stan nog meer impact kon gebruiken op dit moment.
In een tussenuur besloot ze alles op te zoeken over diabetes wat ze maar kon vinden. Op de website van het diabetesfonds las ze verhalen over de kenmerken van diabetes en de behandeling. Langzamerhand werd haar duidelijk dat het niet zomaar een ziekte was die eenvoudig te genezen was. In tegendeel, het was een chronische aandoening die je hele leven op z’n kop zette. Ondertussen had ze nog meer appjes van Stan gekregen.
Het is zeker. Heb diabetes. Bizar dit.
Eva reageerde met een reeks verbaasde emoji’s en een paar die huilden, gevolgd door een heleboel hartjes.
Denk aan je. Ben de info van het diabetesfonds al uit m’n hoofd aan het leren. Wat nu?
Zijn reactie kwam bijna meteen.
-Krijg begeleiding van een diabetesverpleegkundige. Beetje balen, niet de vrije dag die ik me had voorgesteld 😛
Hoofdschuddend bekeek Eva het laatste appje dat hij stuurde. Dat hij nog grapjes kon maken. Aan de andere kant, dat was een goed teken, toch?
Stan kon nooit meer spontaan een McFlurry gaan eten. De gedachte kwam in haar op toen ze met haar vriendinnen bij de McDonalds zat voor hun maandelijkse traktatie. De vorige keer dat ze hier zaten had ze zich nog druk gemaakt over zijn gezondheid. Nu wist ze wat het was, maar had ze wel weer iets anders om over te piekeren.
‘Waar denk jij aan?’ vroeg Marit.
‘Aan Stan,’ antwoordde ze automatisch. Ze sloeg haar hand voor haar mond. Stan had gezegd dat hij niet wilde dat ze tegen iedereen ging vertellen dat hij diabetes had. Alsof hij het zo makkelijk kon verbergen.
‘Waar was hij vandaag?’
‘Bij de huisarts,’ antwoordde ze. Haar aarzeling duurde maar kort, Norah wist het eigenlijk al en Lily en Marit konden het heus wel geheimhouden. ‘Hij wil niet dat ik het jullie vertel, maar als jullie gewoon doen alsof ik niets verteld heb kan het wel. Stan heeft diabetes.’
‘Het is dus zeker?’ vroeg Norah.
Eva knikte. ‘En nu bedacht ik me net dat hij waarschijnlijk nooit meer iets spontaans kan doen, zoals een McFlurry met ons eten.’
‘Kan dat echt niet meer?’ wilde Lily weten.
Eva haalde haar schouders op. ‘Ik weet het ook niet precies, maar het lijkt me best lastig allemaal. Je moet je suikerspiegel in de gaten houden, insuline spuiten en dergelijke. Het lijkt me super ingewikkeld om dan nog iets spontaans te doen.’
De meiden knikten.
‘Het komt wel goed,’ beurde Norah haar op. ‘Het kost misschien even tijd, maar uiteindelijk komt het goed met Stan, dat lukt bij Ethans zus ook. Misschien zitten we hier volgende maand al met Stan een McFlurry te eten.’
Wat denk jij: gaat het helemaal goedkomen met Stan?
Liefs,
Mirjam
Kom me volgen op social media