Friends 4-ever // Hoofdstuk 68 // Marit

Vorige week hielp Eva haar buurjongen Robin met verhuizen. In een later gesprek met Lily bleken haar vriendinnen zich zorgen over haar te maken. Komt het je niet bekend voor? Lees het dan terug via deze link. Vandaag kan je meer lezen over Marit, heeft ze geluisterd naar haar vader?

‘Tot maandag!’ riep Marit nog naar Norah. Ze hadden zojuist een heerlijke middag bij de McDonalds gehad. Kyle en Aron waren toch niet meegegaan, waar Marit stiekem wel blij mee was. Ze vond het prima om bevriend te zijn met de jongens, maar eigenlijk was ze veel liever alleen met haar vriendinnen. Met hen kon ze tenminste praten over James, als Aron en Kyle erbij waren voelde dat gek. Ze dacht terug aan een jaar geleden toen ze dacht dat Kyle verliefd op haar was. Het was nu haast niet voor te stellen dat ze daar ooit bang voor was geweest. Een jaar geleden had ze James nog niet ontmoet en kende ze haar vriendinnen niet zo goed als nu. Gelukkig ging het de laatste tijd een stuk beter om haar gedachten te verzetten en niet iedere keer te denken aan zijn bezoek in de kerstvakantie. Ze had zelfs de aftelapp van haar telefoon gegooid en stuurde hem ook geen appjes meer dat ze hem zo miste. Natuurlijk zou ze het fijn vinden om regelmatig met hem af te kunnen spreken, gewoon een normale relatie te hebben. Maar aan de andere kant, ze had nu heel veel vrijheid en hoefde niet rekening te houden met zijn afspraken, zoals haar vriendinnen dat wel moesten met hun vriendjes. Eigenlijk had ze het best wel goed voor elkaar.
‘Ha Marit, leuke dag op school gehad?’ Haar vader begroette haar enthousiast en Marit keek verbaasd. Pap was op vrijdag nooit zo vroeg thuis uit zijn werk.
‘Ja hoor. Waarom bent u er al?’
‘Is dat een vraag uit nieuwsgierigheid of teleurstelling?’ informeerde hij met pretlichtjes in zijn ogen.
Ze grijnsde. ‘Telerstelling,’ antwoordde ze, zonder er echt over na te denken. ‘U kent dat spreekwoord toch: als de kat van huis is …’
Nu was het paps beurt om te grijnzen. ‘Ik zie jou nog niet zo snel op de tafel dansen, dat is eerder wat voor Samuël.’
Marit grinnikte kort. Haar broertje zat de laatste tijd ontzettend vaak op de tafel, hoe vaak ze ook tegen hem zeiden dat hij gewoon op zijn stoel moest blijven zitten.
‘Maar ik had vanmiddag een overleg met de behandelend arts van je moeder,’ ging pap op serieuze toon verder. ‘Het gaat echt steeds beter met haar.’
Marit hoorde de blijde toon in de stem van haar vader, maar zelf was ze wat voorzichtiger. Er waren wel vaker periodes geweest dat het beter ging met haar moeder, maar die waren steeds weer voorbijgegaan.
‘Ze komt binnenkort een dag naar huis.’
Marit keek haar vader verbaasd en een beetje geschrokken aan. Meende hij dit?
‘Een hele dag?’
Pap knikte. ‘Een hele dag. En als het goed gaat daarna een keer een weekend. Dat willen we dan langzaam opbouwen zodat ze weer thuis kan komen wonen.’
Marit wist niet goed wat ze hiervan moest denken. Ging het echt zo veel beter? Of was haar vader gewoon te enthousiast? En wat vond ze er zelf eigenlijk van? Wilde ze wel dat haar moeder weer thuis zou komen wonen? De afgelopen jaren hadden ze een ritme opgebouwd en helemaal nadat ze verhuisd waren was haar leven zo veranderd. Als mam weer thuis zou komen wonen zou alles weer op z’n kop gezet worden. Maar ja … zo mocht ze natuurlijk ook niet denken, dat was niet netjes.
‘Je vindt het vast moeilijk,’ was paps conclusie. ‘Dat begrijp ik wel. Het is voor jou weer anders dan voor mij en Samuël.’
Marit haalde haar schouders op. ‘Als het echt goed gaat, dan zal het vast wel het beste zijn. De artsen zullen wel weten wat ze doen.’
‘Dat is zeker waar,’ zei pap. ‘Maar ondanks alles zal het altijd haar zwakke plek blijven. Wat wij kunnen doen is er voor haar zijn.’
Marit slikte moeizaam. Natuurlijk, de problematiek van haar moeder was ingewikkeld. Maar zij en Samuël waren haar kinderen. Met pijn in haar hart dacht ze terug aan vroeger, toen ze altijd op haar tenen liep om maar te voorkomen dat ze mam zou triggeren. Dat meisje van vroeger, dat zo bang was om iets verkeerd te doen, dat meisje was ze niet meer. Maar ze was bang dat als mam weer thuis kwam wonen, ze weer in haar zou veranderen.
‘Ik begrijp echt dat het moeilijk voor je is,’ zei pap. ‘Praat er maar over met je vriendinnen en James.’
Marit glimlachte flauwtjes. Precies op dat moment trilde haar telefoon. Wat een toeval, het was James!
‘Heeft u gezegd dat hij moest bellen?’ vroeg ze met een flauwe glimlach aan haar vader.
Hij schudde zijn hoofd. ‘Ik denk dat hij je aanvoelt,’ grapte hij.
Marit glimlachte nog eens en liep toen de kamer uit, met haar tas over haar schouder en haar telefoon aan haar oor.
‘Ha James,’ zei ze vrolijker dan ze zich voelde.
Hij begon een heel verhaal over z’n toetsen en hoe goed alles was gegaan. Gelukkig had hij nu wat meer tijd om met haar te bellen want hij had haar echt heel erg gemist.
‘Ik jou ook,’ zei ze, toen er een pauze viel. ‘Fijn dat het goed met je gaat.’
‘Gaat het wel goed met jou?’ Marit had vaak genoeg met James gebeld om de bezorgde toon in zijn stem te herkennen.
‘Jawel,’ zei ze. ‘M’n vader had net nieuws waar ik …’ Ze aarzelde, hoe moest ze dat nu in het Engels verwoorden?
‘Waar je van schrok?’
‘Dat niet echt,’ zei ze. ‘Meer wat me heel erg verbaasde en waar ik niet zo goed weet wat ik ervan moet vinden.’ Uiteindelijk vond ze de juiste woorden wel, maar het duurde altijd even. Dat was het lastigste onderdeel van het hebben van een vriend die in Engeland woonde. Hij sprak een andere taal. En hoe goed Marit inmiddels ook in het Engels was geworden – ze leerde zelfs amper meer voor haar toetsen – haar gevoelens onder woorden brengen bleef lastig.
‘Vertel,’ zei James. ‘Nu ben ik nieuwsgierig.’
Zo goed als het ging deed Marit haar verhaal uit de doeken. Ze probeerde duidelijk uit te leggen waarom het zo pijnlijk en ingewikkeld was, vooral toen James enthousiast reageerde op haar nieuws.
‘Hm. Ja, ik denk dat ik het wel snap,’ zei hij ten slotte, maar Marit was er niet helemaal van overtuigd. ‘Maar voor je vader is het wel heel fijn.’
Marit knikte, maar bedacht dat hij dat niet kon zien. ‘Jazeker. Ik vind het zelf ook wel fijn. Maar ook lastig. Ik blijf de hele tijd …’ Weer aarzelde, zou James het snappen?
‘Ja?’
‘Sorry, ik zoek naar woorden.’
Ze kon horen dat hij glimlachte. ‘Blijf je de hele tijd bang dat het weer misgaat?’ Een warm gevoel stroomde door Marit heen. Hij begreep het wel. In ieder geval, voor een deel dan.
‘Daar ben ik wel bang voor,’ zei ze.
Het bleef even stil aan de andere kant van de lijn. ‘Houd je van je moeder, Marit?’
Ze slikte een paar keer. ‘Ja. Ik denk het wel. Is het dan heel gek … dat ik dit denk?’
‘Nee,’ zei James beslist. ‘Ik denk dat je, juist omdat je van haar houdt, bang bent dat je weer gekwetst zult worden. Maar weet je … daar zijn geen garanties voor. Het kan altijd gebeuren. Dus als je nooit meer gekwetst wilt worden, zul je moeten stoppen met het houden van mensen. Wil je dat?’
‘Nee. Zeker niet.’
Lang nadat ze de telefoon had opgehangen bleef ze nadenken over James’ woorden. Hij had gelijk. Als je van mensen hield was er altijd een risico dat ze je kwetsten. Dat was lange tijd ook de reden geweest dat Marit zich niet open durfde te stellen voor anderen. Maar waar had dat haar gebracht? Eigenlijk nergens. Pas toen ze haar vriendinnen in vertrouwen had durven nemen, had ze het gevoel dat hun vriendschap echt iets was gaan betekenen. Misschien moest ze het zo ook maar benaderen met haar moeder. Zichzelf toestaan om van haar te houden. Ook al zou het pijn doen.

Wat voor advies zou jij Marit geven?

Liefs,

Mirjam

3 Reacties

  1. Mooi hoofdstuk! Ik denk dat Marit gewoon zichzelf moet blijven, en niet bang hoeft te zijn als ze iets verkeerd doet. Ik ben heel benieuwd hoe het gaat als Marits moeder een dag thuis is!

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.