Zoals je afgelopen woensdag hebt kunnen lezen, heb ik de writing prompt challenge afgeschaft. Het is de bedoeling dat er iedere oneven week een schrijfpraat online komt. Vandaag ga ik in op een prangende vraag die al een tijdje door mijn hoofd speelde: kan iedereen (een boek) schrijven? Of moet je daar echt een talent voor hebben?
Het schijnt dat 1 miljoen Nederlanders (ooit) een keer een boek willen schrijven. Of dat getal klopt, vind ik niet zo heel belangrijk. Wat ik wel interessant vind is bovenstaande vraag. Het eerste antwoord dat in mij naar boven komt is ja, natuurlijk kan iedereen schrijven. Ik ben er echter wat langer over na gaan denken en heb deze hersenspinsels voor je op een rij gezet.
- Allereerst denk ik dat het belangrijk is dat je gevoel voor taal hebt, wanneer je een boek wilt schrijven. Vorig jaar ging ik naar een bijeenkomst waar allerlei christelijke (kinder)boekenschrijvers naartoe kwamen. Wim Daniëls hield een lezing en wat hij zei is me bijgebleven: “Je moet taal echt in de vingers krijgen, voordat je goed kunt schrijven. Je moet de regels kennen, voordat je ervan af kunt wijken.” Ben je echt een wandelende spellingsramp, dan is het misschien niet het verstandigste idee je aan een boek te wagen. Het hoeft echter geen belemmering te zijn, want eerlijk is eerlijk: ik heb ook nog weleens moeite met d’s en t’s. Het grappige is dat ik de fouten in mijn eigen schrijfsels niet zie, maar in die van anderen wel.
- Daarnaast moet je bereid zijn om heel veel te oefenen. Ondanks dat er bewijzen zijn tegen de 10.000 uren regel geloof ik wel dat je heel, heel veel moet schrijven, wil je het een beetje in de vingers hebben. Schrijven is een vaardigheid die veel oefening vereist.
- Schrijven is niet altijd leuk. Dat romantische beeld van de zolderkamer (waar ik het al eerder over had) klinkt leuk en aantrekkelijk, maar er zijn gewoon elementen aan het schrijven die echt niet leuk zijn. Zo moet ik altijd echt over een drempel heen als ik de eerste versie van een manuscript ga herschrijven. En wat te denken als een scène niet op papier komt zoals jij dat graag wilt of welke problemen je dan ook tegen kunt komen als je schrijft. Brengt me meteen bij m’n volgende punt:
- Schrijven vraagt discipline. Doordat schrijven veel oefening vraagt, moet je echt tijd vrijmaken om je te trainen in deze vaardigheid. Lang niet alle woorden die je schrijft worden daadwerkelijk gepubliceerd, dat is ook iets wat je zal moeten accepteren. En als je dan eindelijk bezig bent met je meesterwerk, zal het veel doorzettingsvermogen kosten om het af te ronden.
- Ten slotte, schrijven vraagt ook veel geduld. Zelfs als je eindelijk je manuscript hebt afgerond, zal je het nog regelmatig moeten herschrijven. Dan moet je op zoek naar een uitgever en het kan erg lang duren voordat je er een gevonden hebt. En als je dan een uitgever hebt, moet je vaak nog weer het een en ander herschrijven. Er gaan gerust een paar jaar overheen, voor je het eindproduct in handen hebt. Dat kan het soms erg lastig maken om het vol te houden, maar geloof me: het is het wel waard!
Ik denk dat iedereen wel een boek zou kunnen schrijven. Maar of iedereen deze lange weg er echt voor over heeft, dat weet ik niet. Daarnaast hoor ik ook weleens verhalen over prutmanuscripten en dat maakt dat ik toch wel wat voorzichtig ben met deze conclusie.
Persoonlijk
Ikzelf heb namelijk ook weleens een prutmanuscript geschreven. En ik stuurde hem ook nog op naar meerdere uitgeverijen, onder andere mijn huidige uitgever. Ik kreeg van 2 uitgeverijen een korte afwijzing (van eentje pas 2 jaar nadat ik ‘m had ingestuurd). Van De Banier (mijn huidige uitgever) kreeg ik echter binnen zes weken een reactie. Ze zagen geen brood in het manuscript, maar ik kreeg wel opbouwende feedback waar ik wat mee kon. Dat gaf me zelfvertrouwen om toch te blijven schrijven en een aantal jaar later het manuscript van De opdracht naar hen op te sturen. En zoals ze zeggen: the rest is history.
Eerlijk gezegd ben ik op dit moment ook niet zo tevreden (meer) over mijn debuut. Nu ik meer ervaring heb zou ik sommige dingen heel anders aanpakken. Maar weet je, ik heb van diverse mensen gehoord dat het boek voor hen tot zegen mocht zijn, dat is het belangrijkste. En het is ook mooi om de groei die ik heb doorgemaakt te zien. Laatst kreeg ik nog een supermooi compliment van een vriendin. Ze had Time-out gelezen en ze vond dat ik echt steeds betere verhalen schreef. Wie weet, wat voor boeken ik over vijf jaar schrijf …!
Uiteindelijk zijn we allemaal stagairs in een kunst waarin we nooit meester worden (naar Ernest Hemingway).
Wat denk jij, kan iedereen schrijven?
Liefs,
Mirjam
Kom me volgen op social media
Veel schrijvers zeggen, dat ze achreraf niet 100% tevreden zijn met hun boek. Meestal zien ze ook nog fouten, alhoewel het gecorrigeerd is! Kunst is geen proces dat af is, of af komt, en schrijven is ook kunst. Dus wees tevreden met de positieve reakties van de lezers, en probeer het volgende beter te maken.
Ga zo door! Succes.
Daar heb je helemaal gelijk in, zeker als ik naar m’n debuut kijk zou ik nu zoveel willen veranderen. Maar op een gegeven moment accepteer je ook dat het geworden is, zoals het nu is. Dank je voor je reactie 🙂