Friends 4-ever // Hoofdstuk 127 // Eva

In het vorige hoofdstuk las je over een dag uit de herfstvakantie van Norah en Lily, ze maakten een muurschildering. Zegt het je niks? Klik dan hier om het vorige hoofdstuk te lezen! Nieuwsgierig hoe het met Eva gaat? Lees dan snel verder!

Ik verveel me, ben je thuis?
-Je verveelt je en dan pas vraag je of ik thuis ben? 😛
Ja. Sorry.
-Geeft niet. Kom maar langs.
Dat liet Eva zich geen twee keer zeggen en ze kwam overeind. Na een korte aarzeling stopte ze een muziekboek in haar tas. Het was al een hele tijd geleden dat ze samen met Stan muziek had gemaakt en ze had er wel weer een keertje zin in. Hopelijk zag Stan het ook zitten, Eva wist het niet zeker, maar ze had het gevoel dat het niet goed ging met Stan, ondanks zijn plagerijen en stoere houding. Samen muziek maken zou hem hopelijk opvrolijken.
Het was een gure dag, af en toe regende het en ze had de wind pal tegen toen ze naar Stan fietste. Als de wind niet draaide had ze ‘m mee op het moment dat ze weer naar huis zou vertrekken. Niet vergeten, als ze bij Stan aankwam moest ze haar moeder even appen waar ze was. Er was niemand thuis geweest toen ze vertrok, dus had ze ook niet kunnen vertellen waar ze heenging. Zodra ze haar fiets had geparkeerd verstuurde ze het appje. Verdiept in haar telefoon liep ze naar de voordeur en nog voor ze kon aanbellen werd deze opengedaan door Stan.
‘Hoi telefoonverslaafde.’
Ze schudde haar hoofd. ‘Even m’n moeder appen, dat is alles.’ Om zichzelf te bewijzen stopte ze haar telefoon weg en sloeg haar armen om Stan heen en gaf hem een kus.
‘Heb je me gemist?’
Hij knikte ernstig. ‘Natuurlijk, normaal gesproken zie ik je iedere dag,’ voegde hij toe toen ze hem ongelovig aankeek.
‘Dat is waar,’ gaf ze toe. ‘Maar je hebt me eergisteren ook nog gezien.’
‘Dat is waar,’ herhaalde hij. ‘Maar ik wil graag iedere dag bij je zijn.’
Eva schoot in de lach en Stan deed hetzelfde. ‘Wat een stelletje zoetsappige figuren zijn we geworden, zeg. Dat had ik niet verwacht.’\
Stan grinnikte. ‘Af en toe een beetje zoetsappig zijn is niks mis mee, toch?’
‘Zolang het maar bij af en toe blijft.’
Ondanks zijn vrolijkheid had Eva het gevoel dat er iets aan de hand was. Ze besloot nog niets te vragen, maar wachten op een natuurlijk moment om het met hem te bespreken. Anders zou hij volop in de verdediging schieten, zoals hij dat altijd deed.
‘Je verveelde je dus?’ merkte hij op, terwijl ze samen naar de keuken liepen.
‘Ja. Norah en Lily zijn een muurschildering maken en Marit zit lekker in Engeland. Ik heb al m’n huiswerk voor na de vakantie al gemaakt. Er was gewoon niets meer om te doen.’
‘Behalve dan je vriendje bezoeken.’
‘Inderdaad. Eigenlijk wel het allerleukste wat je in je vakantie kunt doen.’
Het leverde haar een korte grijns van Stan op. ‘Wat wil je drinken?’
‘Maakt niet zo veel uit, als het maar geen appelsap is.’
Stan grinnikte. ‘Nog steeds geen appelfan dus.’
‘Natuurlijk niet.’
Nadat hij het drinken had ingeschonken en haar een koekje had aangeboden haalde hij zijn insulinemeter tevoorschijn. Met een mengeling van nieuwsgierigheid en tegelijkertijd medelijden bekeek ze zijn handelingen. Hoe vermoeiend was het als je steeds weer je bloedsuikerspiegel moest meten en bepalen of je insuline moest spuiten. En het was niet voor een tijdje, maar zijn hele leven lang. Tot nu toe leek het best goed te gaan, maar ze kon zich goed voorstellen dat het erg frustrerend was dat je nooit meer iets spontaan kon doen.
‘Stom gedoe,’ mompelde hij, toen hij klaar was en aan z’n koekje begon. ‘Ik ben er nu al klaar mee … en dit …’ Hij aarzelde even. ‘… dit is niet tijdelijk.’
‘Nee,’ zei ze zacht. ‘Daar zat ik ook net aan te denken.’ Ze pakte zijn hand en kneep erin. ‘Maar ik ben ervoor je, wat er ook gebeurt.’
Hij keek haar een tijdje indringend aan. ‘Echt?’
‘Natuurlijk!’ verzekerde ze hem.
‘Want eh … ik word nooit meer beter hè? Dit is voor altijd.’
Eva beet op haar lip. ‘Dat weet ik toch?’ Ze probeerde zo normaal mogelijk te klinken.
Hij schudde zijn hoofd. ‘Ik denk dat je nooit helemaal zult begrijpen hoe het is, dat doe ik zelf al niet.’
Langzaam knikte ze. ‘Inderdaad, ik zal het nooit helemaal begrijpen. Maar dat hoeft toch niet om er voor je te zijn, of wel?’
‘Nee,’ zei hij na een lange stilte. ‘Maar soms …’ Weer zweeg hij een hele poos.
‘Wat?’ vroeg ze uiteindelijk een beetje ongeduldig.
‘Soms ben ik bang dat je … dat je het uit zal maken omdat ik diabetes heb.’
‘Wat is dat nu voor onzin?’
Stan haalde zijn schouders op. ‘Gewoon, dat je het zat wordt dat ik mindere dagen heb, dagen dat ik gewoon geen energie heb om iets te doen. En altijd maar dat geprik en gedoe. Waarom zou je bij me blijven als je ook een gezonde vriend kunt krijgen?’
Eva liet zijn woorden even goed tot zich doordringen. Ze had dus gelijk toen ze dacht dat iets met hem aan de hand was, maar dat het dit was had ze niet kunnen vermoeden. Ze moest haar woorden nu heel voorzichtig kiezen. ‘Weet je waarom ik bij jou blijf en geen andere, zogenaamd gezondere vriend wil?’
‘Nou?’
‘Heel simpel: omdat die andere vriend jou niet is. Ik houd van jou Stan, all inclusive.’
Hij glimlachte flauwtjes. ‘Zeker weten?’
‘Natuurlijk.’
De glimlach werd breder en hij boog zich naar haar toe om haar te kussen. ‘Gelukkig maar.’

Wat zou jij tegen Stan willen zeggen?

Liefs,

Mirjam

4 Reacties

  1. Misschien kun je kun je Eva èn Stan samen een voorlichtingsbijeenkomst in het ziekenhuis laten doen? 😉
    Heb ik ooit samen met een leerling (basisschool gr.8) gedaan.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.